In 1975 bracht een fietsvakantie van ondergetekende en vier vrienden ons in Dieppe aan de Normandische kust. In mijn blog 'Fietsen' schreef ik er uitgebreid over. Halverwege de reis richting Frankrijk reden we dwars door Brussel. In de avond zetten we onze tenten op in een hoger gelegen deel net buiten de stad. Ik herinner me het prachtige uitzicht over Brussel in de rode gloed van de ondergaande zon. Ik nam mij voor later nog eens een keer terug te komen want ik vond deze stad wel wat hebben. Geloof het of niet, die tweede kennismaking was deze week. Dat is best vreemd gezien het feit dat je er met trein of auto binnen twee uur bent. Maar beter laat dan nooit. Onze vakantie in Zuid-Frankrijk hadden we geannuleerd vanwege een klein deeltje in een eiwitjasje met de naam COVID-19. Dus dan maar als alternatief af en toe eens een dagje op pad. Ik was al een tijdje van plan om met J. een keer naar Brussel te gaan. Als ik aan anderen vroeg wat zij van die stad vonden dan was het commentaar meestal wat lauw. “Ja hoor, aardige stad, best leuk”. Wat ons betreft een veel te tamme recensie. We vonden Brussel gewéldig.
Door de ligging op heuvels, de vele ruime boulevards, paleizen en natuurlijk de Franse taal drong de vergelijking met de Franse hoofdstad zich steeds aan ons op. Brussel is natuurlijk geen Parijs, maar kan beslist in de schaduw staan wat ons betreft. Behalve grandeur zijn er leuke levendige buurtjes met straten en stegen vol restaurants en allerlei grote en kleine winkels. Bovendien voegt de bijna idiote willekeur aan architectuur echt iets toe, net als de internationale mêlee aan bevolkingsgroepen. Overigens, op één uitzondering na, geen Nederlands woord uit iemands mond horen komen hier. De laatste ‘attractie’ die we bezochten was de Koekelberg. Daar staat de op vijf na grootste kerk ter wereld, de Nationale Basiliek van het Heilig Hart. De basiliek staat op een heuvel die zeventig meter hoog is en vanaf de 55 meter hoge koepel heb je een schitterend uitzicht over de stad. We waren daar net te laat voor want de kerk was al gesloten. Volgende keer dan maar. Ik wandelde wat rond over het enorme grasveld rond de kerk om foto’s te maken. Het was een drukke boel, opvallend veel moslima’s die in groepjes bij elkaar op het gras zaten. Toen we eens goed rondkeken zagen we dat we tussen de vele moslimvrouwen, mannen en kinderen de enige westerlingen waren. Bijzonder.
In een dag zie je natuurlijk veel te weinig, maar we hebben een goede indruk gehad en het was zeker niet de laatste keer. Het moet wel gezegd zijn dat het fantastisch weer was en dat maakt elk bezoek aan een grote stad leuker dan dat het grijs en grauw is. Het was gezellig en levendig in de stad, maar de toeristische druk was minimaal en dat was eeerlijk gezegd ook erg prettig. We hebben ons wel weer helemaal verloren gelopen. Amai, misschien volgende keer maar eens een elektrische step huren.
Mijn korte foto impressie staat hier: BRUXELLES 2020